Artikel door H. Drost – homoseksualiteit & kerk

De kerk die de homoseksuele praxis verwerpt krijgt de wind van voren in onze losbandige wereld. Ook nu geldt weer dat de toon de muziek maakt: zetten we onszelf centraal of Christus? Want de strijd tegen verkeerde verlangens kent ieder – homo en hetero.

De homofiele pedofiel Willem de Merode heeft daar grote moeite mee gehad. Zijn gedichten dragen sporen van de strijd tegen je eigen bloed, dat onstuimig door je aderen kan stromen en dat hunkert naar liefde. Maar hij schrijft ook dat we bij liefde niet altijd direct aan seks moeten denken: ‘het erotische is maar een deel’. Het is zowel voor hetero’s als homo’s belangrijk verschil te maken tussen relatie en seksualiteit. Geen mens kan zonder een relatie; een mens kan wel zonder seks. Maar het is wel zwaar als de bijbel de weg naar seksuele gemeenschap afsnijdt. In de heiliging komen homo en hetero dan naast elkaar te staan. Het meisje dat verliefd is op de getrouwde man, de homo die gek wordt op een leuke jongen, de ongetrouwde die hongert, ze hebben dezelfde strijd te voeren.

Willem de Mérode wilde voor God leven. Hij schrijft dat je niet moet zeggen: “We zijn nu eenmaal zo, dus laat ons ’t maar doen… leven is strijd, in alle opzichten, en als je omtuimelt, ga dan niet languit liggen, wat erg gemakkelijk is, maar strompel weer overeind en vecht, hoe dan ook, en waartegen dan ook.1.

Het gaat er in de heiliging om dat we ons aan God gewonnen geven, maar – vaak merk je dat Hij je gevangen moet nemen. Zondaren geven elkaar de hand en ik zeg samen met deze homofiele dichter:

“O Visser, die mijn wezen kent,
en drift en eeuwig element,
vang me aan Uw lijn, lier op de klos,
en laat me in ’t levend water los”2.

uit: Gereformeerde Kerkbode, nr. 6, 8 februari 2002 (vrijgemaakt)

1 Hans Werkman, De wereld van Willem de Merode, pp. 141.
2 Willem de Merode, De witte roos, pp. 57.

Categorieën: artikelarchief

0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

9 + 1 =