Bibliografie, biografie en schrijversprentenboek in één
Bekijk hier het door Gerrit Borgers, Gerrit Kamphuis, Hans Werkman en P.J. Meertens samengestelde ‘Schrijversprentenboek Willem de Mérode‘ (PDF), ook beschikbaar op dbnl.org.
afbeelding | Jaartal | maand/datum | gebeurtenis/werk | toelichting |
---|---|---|---|---|
1887 | 01-09 | Geboortedatum Willem de Mérode | Willem de Mérode wordt geboren in Spijk (provincie Groningen) aan de Hoofdweg-Zuid 6. Zijn werkelijke naam is Willem Eduard Keuning. Er is een gedenktekenplaat aangebracht naast de voordeur. | |
1887 | Literaire gebeurtenissen geboortejaar De Mérode | In 1887 was de literaire wereld in beroering door de esthetische revolutie van de Tachtigers. Kloos werkte aan zijn sonnetten, in Van Deijssels kast lag het manuscript van 'Een liefde', Gorter zat te schrijven aan 'Mei'. De Nieuwe Gids had naam gemaakt met het feuilleton 'De kleine Johannes' van Frederik van Eeden, Couperus had plannen voor een grote roman, Eline Vere, en Verwey schreef versluierd-homofiele gedichten op Kloos. De Tachtigers waren in huize Keuning taboe; zij waren "heidens en revolutionair". In het gezin Keuning werd gelezen uit onder andere Guido Gezelle, J.J.L. ten Kate, Van Koetsveld en Da Costa. |
||
1893 | Oprichting arbeidersblad De Keuvelaar door de vader van Willem de Mérode | Jan Keuning richt het antirevolutionaire arbeidersblad De Keuvelaar op (blijft bestaan tot 1924) | ||
1897 | Overlijden van broers Hendrik en Jan | Kort achter elkaar overlijden broers Hendrik en Jan aan tuberculose. | ||
1898 | Literair aandachtsgebied De Mérode | Willem leert de gedichten van Bilderdijk, Da Costa en Ten kate kennen. | ||
1902 | Gezin Keuning verhuist naar Groningen | In 1902 verhuist het gezin naar de Noorderbuitensingel in Groningen, nadat vader Keuning een conflict krijgt met het schoolbestuur in Spijk. Hier woont Willem tot 1906. Hij haalde in de openbare leeszaal zijn hart op. Hier ontdekte hij een sonnet van Kloos, het sonnet dat hem uiteindelijk zelf aanzette om gedichten te gaan schrijven. Op 20 mei 1933 schrijft hij hierover aan Kloos. | ||
1903 | Literair aandachtsgebied Willem de Mérode | In 1903 las De Mérode werk van Da Costa, Ten kate, De Genestet en Jan van Beers. In dikke schriften legde hij legde zijn eigen bloemlezingen aan van hun werk. Later kwamen daar ook Helene Swarth, Boutens en Kloos in te staan | ||
1905 | Opleiding aan de Kweekschool | In 1905 begint Willem aan zijn opleiding bij de Kweekschool aan de H.W. Mesdagstraat te Groningen.Het was de bedoeling dat Willem letterkunde zou studeren, maar dit lukte niet vanwege zijn ziekelijke gestel. Van nood is hij uiteindelijk onderwijzer geworden. | ||
1906 | Geslaagd voor onderwijzersexamen | In 1906 slaagt Willem voor het onderwijzersexamen. Zijn cijferlijstje:- lezen - 6- schrijven - 5*- rekenen - 6- Nederlands - 7- geschiedenis - 9- aardrijkskunde - 8- natuurkennis - 6- zingen - 7- tekenen - 6- opvoedkunde - 6- uitdrukken - 7 * Wellicht vanwege zijn onleesbare handschrift? 😉 |
||
1906 | Geboortejaar Ekko Ubbens | Willems latere muze Ekko Ubbens ("Okke") wordt in 1906 geboren (Uithuizermeeden). | ||
1906 | Aanstelling onderwijzer Oude Pekela | In de notulen van de Christelijke Nationale School in Oude Pekela wordt na de sollicitatie van Willem opgenomen: '... ook de kennismaking met den heer Keuning was bevredigend geweest. Ook het advies van het hoofd der school was desgevraagd goed. Mr. Visser meent te mogen vertrouwen dat in den heer Keuning een flink onderwijzer verborgen is, die onder de nodige leiding goed kan worden ...'. Het is zijn eerste baan. | ||
1907 | Willem de Mérode schrijft zijn eerste gedichten | De eerste gedichten die De Mérode schreef, werden pas in de 21e eeuw in een schriftje gevonden door Hans Werkman, zijn biograaf. Deze vroegste gedichten verschenen postuum op de 75e sterfdag van De Mérode in 2014 in de bundel Dorp bij Zomeravond. Willem schrijft een gedicht op 16 juni 1907 en ondertekent dat met Guillaume. | ||
1907 | Aanstelling aan de gereformeerde lagere school in Uithuizermeeden | Na een conflict op de christelijke lagere school in Oude Pekela, waar hij weigert zondagschoolonderwijs te even, solliciteert Willem met succes in Uithuizermeeden op het Groninger Hoogeland. Hij wordt genoemd per 1 mei 1907. Vanaf dan huurt hij kamers bij hospita mejuffrouw Van der Schaar aan Hoofdstraat 190 (toen: Provinciale Weg A 443). De aanstelling zal duren tot in 1924. De school stond aan Hoofdstraat 224. | ||
1909 | Vriendschap Reind Kuitert | Willem heeft een goede vriendschap ontwikkeld met Reind Kuitert, die vier jaar jonger is. Zijn vriendschap met Reind drijft Willem iedere vrijdagmiddag naar Groningen. Hij stelt voor Reindt verschillende bloemlezingen samen uit de Nederlandse poëzie. Willem had verder geen enkele goede vriend, maar hij ontdekte in Reind literaire belangstelling, en zo groeide er een literaire vriendschap, die voor Willem bovendien homofiel bepaald was. Reind heeft zich pas vele jaren later gerealiseerd dat hij zoiets als Willems eerste liefde moet zijn geweest. | ||
1911 | Schrijversdebuut in Ons Tijdschrift | Willem debuteert in Ons Tijdschrift onder het pseudoniem K. Hij begint met het uitwisselen van gedichten met J.A. Rispens. | ||
1911 | Pseudoniem bedacht | Stelt met behulp van Reind Kuitert zijn pseudoniem Willem de Mérode vast, afgeleid van de naam Cléo de Mérode, de beroemde balletdanseres. Hij schrijft in dit jaar maar liefst 167 gedichten die hij allemaal naar Reind stuurt. Beïnvloeding door Gossaert, Boutens, Von Platen en Rilke. "Soms kan ik Goassaert en Boutens zoo verrukkelijk vinden, dat ik er al mijn beroerdigheid om vergeet." |
||
1914 | Opheffing Ons tijdschrift | De Mérode gaat in verschillende Nederlandse tijdschriften publiceren en verricht redactiewerk. | ||
1915 | Publicatie dichtbundel Gestalten en stemmingen | De eerste dichtbundel van Willem de Méorde verschijnt (gedateerd 1916). | ||
1915-1916 | augustus 1915 t/m juni 1916 | Aanstelling tot waarnemend hoofd der school | Keuning fungeert bijna een jaar als waarnemend hoofd der school | |
1916 | Redacteur van Het Getij | In eerste instantie is De Mérode redacteur, later wordt hij gewoon medewerker. Hij ontmoet Ernst Groenevelt en Karels Wasch. | ||
1918 | Begin vriendschap Ekko en Jaap | Het begin van de vriendschap met leerlingen Ekko Ubbens en Jaap Woltjer | ||
1919 | Publicatie dichtbundel De overgave | |||
1919 | Start correspondentie Jos. van Wely | De correspondentie met pater Jos. van Wely (dominicaan te Zwolle) begint. | ||
1922 | Publicatie dichtbundel Het kostbaar bloed | |||
1922 | Publicatie dichtbundel Het heilig licht | |||
1922 | Kennismaking met kunstenaar Johan Dijkstra | Eerste contact met de Groninger schilder Johan Dijkstra. Dijkstra tekent een portret van De Mérode. | ||
1922 | Oprichting Opwaartsche Wegen | Oprichting van het protestants-christelijke literair tijdschrift Opwaartsche Wegen met De Mérode als een van de belangrijkste medewerkers | ||
1923 | Kunstreis door Europa | Eerste Venetiëreis | ||
1923 | Publicatie dichtbundel Kwatrijnen | |||
1923 | Correspondentie Wilma Vermaat | De eerste schriftelijke contacten met Wilma Vermaat. In hetzelfde jaar verschijnt haar roman over homofilie, 'Gods gevangene'. | ||
1924 | Arrestatie en ontslag als onderwijzer | Op 27 maart wordt De Mérode gearresteerd op basis van de verdenking van homoseksueel contact met een zestienjarige. Zijn ontslag als onderwijzer volgt daarop. | ||
1924 | Gevangenneming | Acht maanden in het Huis van Bewaring te Groningen na het vonnis op 17 april 1924. Daarnaast de ontzegging tot het uitoefenen van zijn bevoegdheid tot het ambt van onderwijzer. De Mérode werd verdedigd door advocaat mr. Tjitte de Jong. De Mérode werd op basis van het in 1911 ingevoerde wetsartikel 248-bis* veroordeeld. |
||
1924 | Publicatie dichtbundel Ganymedes | |||
1925 | Publicatie dichtbundel De rozenhof, kwatrijnen | |||
1925 | De Mérode woont op verschillende adressen | Via inwoning/logeert hij bij zijn broer Johannes in Leens en daarna in Bergum, bij Wilma Vermaat te Beekbergen en viamevrouw Mankes (de vrouw van schilder Jan Mankes) te Rotterdam, komt Willem in Eerbeek terecht. In Boerderij Huize Bergzicht aan de Wedinkerf 9 (toen: Ringlaan 50) huurt zijn broer Carel twee kamers voor hem bij hospita Doom-Van Helden. |
||
1926 | Publicatie dichtbundel De donkere bloei | |||
1926 | Overlijden vader Willem de Mérode | Jan Keuning, de vader van Willem overlijdt | ||
1927 | Start correspondentie met Meertens en Lutkie | Begin van de correspondentie met P.J. Meertens en pater Wouter Lutkie. | ||
1928 | Publicatie dichtbundel De verloren zoon | |||
1929 | Publicatie dichtbundel De lichtstreep | |||
1929 | Overlijden moeder Willem de Mérode | Elisabeth Keuning-Wormser, de moeder van Willem overlijdt. | ||
1930 | Publicatie dichtbundel De steile tocht | |||
1930 | Publicatie Esther (toneel) | In 1934 wordt het toneelstuk opgevoerd door amateurs in onder andere Utrecht en Nijmegen. Er is ook een openluchtuitvoering in het Willem de Zwijgerplantsoen in Utrecht. | ||
1931 | Publicatie dichtbundel Laudate Dominum, bloemlezing uit eigen werk | Ter ere van het dichtersjubileum van 20 jaar verschijnt de bloemlezing op 1 maart. Het wordt uitgegeven door vriend IJ. Jacobs te Scheveningen. | ||
1931 | Bezoeken van Bert Bakker en Barend de Goede | Bert Bakker en Barend de Goede komen regelmatig op bezoek bij De Mérode. Hij start een zeer frequente correspondentie met hen. | ||
1932 | Publicatie dichtbundel Langs den Heirweg | |||
1933 | Brief aan Willem Kloos | |||
1933 | Publicatie dichtbundel Langs den Heirweg | |||
1933 | Publicatie dichtbundel Chineesche gedichten | |||
1933 | Publicatie dichtbundel De stille tuin | |||
1933 | Waardering buiten protestantse kringen | De Mérode oogst lof van onder anderen Vestdijk, Ter Braak en Marsman. | ||
1934 | Publicatie ‘Zie, hier ben ik’. Kerstboodschap 1934, libellenserie no. 47 | |||
1934 | Publicatie dichtbundel Kruissonnetten | |||
1934 | Publicatie dichtbundel Doodenboek | |||
1934 | Publicatie dichtbundel XXX psalmen | Na een uitgebreide ruzie met Uitgeverij Callenbach over de uitgave, verschijnt deze dan toch. In 1938 wordt De Mérode literair adviseur van de uitgeverij. | ||
1935 | Publicatie dichtbundel Eenvoudige gedichten | Dichtbundel met teekeningen van A. Molenaar, libellenserie no. 117 | ||
1935 | Publicatie dichtbundel Geestelijke liederen, bloemlezing | |||
1936 | Publicatie dichtbundel De kringloop | Jubileumbundel; op 1 maart viert De Mérode zijn 25-jarig jubileum als dichter. Alfred Löb schildert zijn portret. | ||
1936 | Publicatie dichtbundel De wilde wingers, bloemlezing door Roel Houwink | |||
1936 | Publicatie dichtbundel Tusschen ploeg en sikkel, verzen van het land | |||
1936 | 15-05 t/m 18-05 | Op reis met Bram | Tweede Venetiëreis | |
1936 | Jubileum 25 jaar schrijver | 25-jarig jubileum als schrijver (25 jaar na het debuut in Ons Tijdschrift) | ||
1936 | augustus | Willem E. Keuning wordt geridderd in de Orde van Oranje-Nassau | Op 30 augustus 1936 wordt De Mérode vereerd met het Ridderschap in de Orde van Oranje-Nassau op eerdere voordracht door een aantal vrienden. | |
1936 | 30 oktober t/m 10 november | Eretentoonsteling | Eretentoonstelling van en over het werk van De Mérode in Utrecht. | |
1937 | Publicatie De Pauw, rijmprent | |||
1937 | Publicatie dichtbundel Ruischende bamboe | De Mérode ontvangt enthousiaste reacties van Vestdijk en Ter Braak op zijn nieuwe bundel. | ||
1938 | Publicatie dichtbundel Kaleidoscoop | |||
1938 | Publicatie dichtbundel De levensgift | |||
1938-1939 | Dichtbui van vijf weken | In vijf weken (tussen 30-12-1938 en 02-02-1939) schrijft Willem 71 gedichten. Daarna is hij doodziek. Zijn laatste gedicht schrijft hij op 2 februari 1939. | ||
1939 | Publicatie dichtbundel Hunkering en heimwee, bloemlezing door Willem de Mérode uit de poëzie van protestantsch-christelijke en katholieke dichters | |||
1939 | 22-05 | Overlijden Willem de Mérode | Na zijn laatste dichtbui waarin hij 71 gedichten schrijft, is hij doodziek. Op 21 mei krijgt hij een beroerte en een dat later overlijdt Willem de Mérode in Eerbeek op 51-jarige leeftijd. Hij heeft dan een tijdlang last gehad van angina pectoris en kortademigheid. Hij is begraven in Eerbeek op de begraafplaats aan Coldenhovenseweg (2e afdeling, nr. 13). |
* De Mérode werd op basis van het in 1911 ingevoerde wetsartikel 248-bis veroordeeld: de leeftijd waarop heteroseks voor volwassenen was toegelaten bleef 16, de leeftijd voor homoseks werd 21. Het artikel is in de jaren ’70 geschrapt omdat het discriminerend was voor LGBT’s. Zie ook: Waar zat De Mérode nu eigenlijk voor in het gevang?