Artikel door Harry Fleurke – citaat uit: literaire kerkverlaters

“Om het probleem nog ingewikkelder te maken, zou ik willen besluiten met een voorbeeld. Hoe zat dat ook alweer met Willem de Mérode? En hoe zit het met de verhouding tussen De Mérode en zijn biograaf Werkman? De Mérode schreef zowel religieuze als homo-erotische poëzie. Dat hij die twee moeilijk met elkaar wist te verenigen (hij was tenslotte een kind van zijn tijd) blijkt uit veel van zijn gedichten. Voor zijn ‘afwijking’ zat hij in de gevangenis. Het christelijke volksdeel heeft hem uitgekotst. Anekdote: zelf afkomstig uit één der Veenkoloniën hoorde ik vijfentwintig jaar na De Mérodes’ dood nog met veel verve verhalen vertellen over de ondeugden van meester Keuning. Als iemand de betekenis van Psalm 23 aan den lijve heeft ondervonden, dan was het De Mérode wel.

Werkmans grote verdienste inzake De Mérode is de prachtuitgave van diens ‘Verzamelde Gedichten’. Daarvoor verdient hij respect en bewondering. Maar ook Werkman, de onvermoeide ijveraar voor literatuur op christelijke grondslag en criticus/recensent vanuit christelijk perspectief ( bijna had ik heel oneerbiedig geschreven ‘Gods eigen recensent’) weet vanuit zijn overtuiging niet goed raad met de twee-eenheid, dan wel tweeledigheid leven en literatuur, waar het over De Mérode gaat.

In de door hem geschreven biografie ‘De wereld van Willem de Mérode’ blijft De Mérodes homoseksualiteit, met uitzondering van de gevangeniskwestie, sterk onderbelicht. In de ‘verantwoording’ bij de Verzamelde Gedichten’ beperkt Werkman zich er toe op te merken dat De Mérode een gevangenisstraf uitzat ‘wegens een jongenszaak’. De Mérode was homoseksueel en zonder dat gegeven dringt geen lezer door tot zijn poëzie. En dan bedoel ik niet alleen de erotische en liefdesgedichten, maar alle gedichten, niet in de laatste plaats de religieuze. Je kunt dat biografische feit niet eenvoudigweg negeren, of je daar als christen van een bepaalde denominatie nou wel of niet afwijzend tegenover staat.”

Harry Fleurke

© NoPapers


noot redactie: De Mérode verliet de kerk omdat hem werd verzocht openbaar schuld te belijden en afstand te doen van zijn geaardheid. Hij weigerde dit.

Categorieën: artikelarchief

0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

68 − 62 =